Jeanine Otten: Rijkdommen van Harlinger stadsarchief voor iedereen

Jeanine Otten

Tekst: Daniella Gerstel-Visser
Foto’s: Joachim de Ruijter en Stadsarchief

Bloedfanatiek waren we met z’n allen. Ruilgroepjes werden opgericht en ontelbare appjes met ontbrekende nummers gingen heen en weer. Als het Jumbo Historisch Harlingen-boek ons iets heeft doen beseffen, is dat we dol zijn op onze stad en haar geschiedenis (en dat we‘vuul binne’ als het om gratis plaatjes gaat, maar dat terzijde).
Dat in het Hannemahuis allerlei schatten zijn verzameld uit de Harlinger historie mag geen nieuws zijn, maar dit is slechts het topje van de ijsberg. In het depot op de eerste verdieping staat 625 strekkende meter stadsarchief uit de periode 1580-1985. De oudste documenten dateren zelfs uit 1526. Het Harlinger Gemeentearchief bevat een rijkdom aan informatie over het leven en werken in onze stad in de afgelopen ruim 500 jaar.

Een schimmeltje hier en daar

Jeanine Otten is de beheerder van het oude stadsarchief. Na jarenlange werkervaring als collectiebeheerder in verschillende musea en archieven, kwam ze in 2008 naar het Hannemahuis in Harlingen. Op dat moment bevond het archief zich nog in
het gemeentehuis. Sinds de verbouwing van het Hannemahuis met de realisatie van een geconditioneerd archiefdepot, is dat tot officiële archiefbewaarplaats van de gemeentelijke archieven gekozen.
Naast het archiefdepot bevindt zich een kleine studieruimte waar men de archiefstukken kan raadplegen. Het deel vanaf 1985 ligt nog op het gemeentehuis en ondertussen is ook daar het archiefdepot geclimatiseerd.

Tijdens de voorbereiding van de verhuizing van de archieven in 2009 trof men schimmels aan. De oudste papieren uit de periode 1580-1925 stonden in de kelder tegen een muur.
Niemand had ze in jaren bekeken.
Met schimmel kon het archief niet verhuisd worden. Documentenwacht in Beekbergen ontsmette in opdracht van de gemeente 280 strekkende meter geschiedenis van Harlingen met gammastralen die alle schimmels doden en herverpakte het materiaal in zuurvrije omslagen en archiefdozen. In 2011 was de verhuizing een feit.

Alle historische kennis onder één dak

Stadsarchief

De combinatie van museum en Gemeentearchief, zoals wij die in Harlingen kennen, is vrijwel uniek. Niet elke stad heeft zijn eigen archiefdienst. Door fusies zijn allerlei gemeentelijke archieven samengevoegd. De objecten die in het museum staan, krijgen door de aanwezigheid van het archief nog meer achtergrond.

Als directeur Hugo ter Avest een prachtig 17e eeuws zilveren huwelijksdoosje verwerft, is Jeanine zo bekend met het archief dat ze kan napluizen van wie het is geweest. Iedereen die geïnteresseerd is in de Harlinger geschiedenis vindt alles op één plek. Vaak wordt gevraagd naar oude bouwtekeningen als iemand een pand in de binnenstad heeft gekocht. Die tekeningen zijn er vaak nog en oude foto’s uit de fotocollectie van het museum maken het beeld compleet.

Het is niet algemeen bekend dat de archieven voor iedereen toegankelijk zijn. Veel mensen weten ook niet wat je er kunt vinden. Jeanine staat voornamelijk mensen bij die bezig zijn met het schrijven van een boek of met geschiedkundig onderzoek. De oude handschriften zijn voor een leek soms moeilijk te ontcijferen. Jeanine vindt het heerlijk als mensen onderzoek komen doen.

Ze wil de rijkdommen achter de depotdeur zeker niet voor zichzelf houden. Die zijn voor iedereen. Voor scholieren die bezig zijn met een project, een onderzoeker naar strandvondsten of iemand die het graf van haar betovergrootmoeder zoekt.

Het contact met mensen is het leukste van haar vak. Samen iets oplossen, het antwoord op een vraag krijgen, is het allermooiste. Soms leert ze er zelf ook weer van. Fantastisch vindt ze het als iemand onderzoek komt doen. Je vindt niet zomaar waar je naar op zoek bent, daar moet je moeite voor doen. Het depot in en de stukken op tafel leggen.

Als het onderzoek dan ook nog in een boek uitmondt, zodat de informatie voor iedereen beschikbaar komt en nooit verloren gaat, is Jeanine helemaal blij. Als Jeanine voor een ander aan het zoeken is, vindt ze vaak bijzondere verhalen waar ze niet naar op zoek was.
Vooral in oude kranten, daar moet ze helemaal niet aan beginnen, dan blijf je lezen!

Het schept tóch een band

Hoewel Otten niet in Harlingen woont, heeft ze in de loop der jaren een bijzondere band opgebouwd met de stad. Juist omdat ze als geen ander veel weet over de geschiedenis van Harlingen. De stad heeft een mooie, rijke historie met interessante gebouwen en mensen. Ze vindt het geweldig om zich daarin te verdiepen. De haven zorgde voor veel levendigheid en trok mensen van heinde en verre hiernaartoe. Zij bleven hier en brachten allerlei invloeden met zich mee. Ze vertelden boeiende verhalen over hun reizen aan mensen die nooit verder dan de stad of boerderij waren geweest.

Een kijkje in het leven van de Hannema’s
Dit jaar werd het familiearchief van de familie Hannema overgedragen aan de gemeente. Dit was nooit openbaar en lag in de kluis van de Hannema’s.
Elke bladzijde gaat door de handen van vrijwilliger Bauke Posthuma. Hij verpakt de papieren in de zuurvrije omslagen, zodat ze voor de eeuwigheid bewaard blijven. In het familiearchief staan recepten uit de 19e eeuw. Er staat opgetekend wie te gast kwamen en wat er geserveerd werd. Er zijn muziekboekjes, zodat we weten welke liederen de Hannema’s zongen. De welgestelde jeugd ging op reis en schreef in 1813 reisverslagen over de eerste keer dat ze heuvels zagen. Een rijk archief. Jeanine vindt het fantastisch dat het straks voor iedereen toegankelijk wordt.

Inboedels schetsen schitterend tijdsbeeld
Op dit moment is Jeanine Otten intensief bezig met de 17e eeuw in Harlingen. Met tien vrijwilligers van de Vereniging Oud Harlingen wordt onderzoek gedaan naar alle boedelinventarissen die toen zijn gemaakt. Als iemand overleed, werd alles wat er in huis was opgeschreven. Uit die inventarissen kun je enorm veel opmaken. Wat iets kostte, wat mensen droegen en hoe de huizen waren ingericht. De lijsten zijn geschreven in lastig te lezen handschriften. De vrijwilligers hebben cursussen gevolgd in het Hannemahuis en typen de oude teksten over, zodat ze voor iedereen leesbaar zijn.
Deze boedelinventarissen komen allemaal op de website kleinekerkstraat.nl. Jeanine noemt het een waanzinnig project. Ook Harlingen kende in de 17e eeuw haar Gouden Eeuw.
De stad groeide mede door de Admiraliteit die zich hier vestigde. Scheepsbouw en alles wat ermee te maken had, zorgde voor werk. Er moesten touwen worden geslagen, zeilen worden genaaid en timmermannen hadden meer werk dan ze aankonden. De stad zoog mensen aan. Er was veel elite. Zij pronkten graag met dure kleding en luxe gebruiksvoorwerpen. Voor hen werden zilveren attributen gemaakt en textielwinkels verkochten de meest exclusieve stoffen.

Mysterie

Tjerk Hiddes de Vries

Mysterie
De Harlinger heilige graal is het graf van luitenant-admiraal Tjerk Hiddes de Vries. Ook zijn laatste huis is onbekend. Niet lang voor zijn overlijden verhuisde Tjerk Hiddes van de Vijverstraat naar de Voorstraat, naar een dwarshuis, ten dele beklemd in de huisinge alwaar de ‘Iseren man’ uithangt, waarschijnlijk op de hoek met de Sint Jacobstraat. Zijn nalatenschap is te vinden in het archief. De enorme inboedel omvatte onder andere vier paar IJslandse wanten (want je kunt op zo’n zeereis maar beter voorbereid zijn) en een struisvogelei.
Waar hij ligt begraven is de meest gestelde vraag. Een waarop nu, 355 jaar na zijn dood, nog steeds geen antwoord op kan worden gegeven. De zeeheld overleed op 6 augustus 1666 op zijn 44e verjaardag. Aangenomen wordt dat hij met pracht en praal en op kosten van de staat werd begraven in de Grote Kerk in Harlingen, maar ook de in 1898 afgebroken Westerkerk wordt genoemd. Hier waren een broer en een neef begraven. In 1906 heeft de gemeentearchitect uitgebreid onderzoek gedaan. Hij heeft overal in de kerk gegraven, ook onder de preekstoel, maar helemaal niets gevonden. De Grote Kerk werd van 1772 tot 1775 herbouwd. Het is dus goed mogelijk dat
het graf is afgebroken. Dit mysterie zit Jeanine Otten helemaal niet lekker!

Vergeten Harlingers
Regelmatig schrijft Otten voor het magazine van Oud Harlingen. Ze kwam zoveel bijzondere verhalen tegen, dat kon allemaal niet in de jaarlijkse uitgave van de vereniging. Dat vond ze zo zonde dat ze besloot dat ze haar eigen website moest hebben. Zo kan niemand zeggen: “Hé Otten, dat verhaal is veel te lang, dat gaan we niet doen.” Die site is helemaal van haar alleen en daar is ze heel blij mee. Op vergetenharlingers.nl schrijft ze verhalen over stadsgenoten van voorbije tijden die het niet verdienen vergeten te worden. In 2010 begon Jeanine met haar site. Het is een enorm karwei. Weer moeten al die handschriften worden uitgeplozen en overgetypt. Het is een missie voor Jeanine, anders gaat nooit iemand dit lezen. Er staat zoveel op vergetenharlingers.nl dat Jeanine zelf ook niet precies weet wat ze allemaal geplaatst heeft. Het komt voor dat ze voor een onderzoeksvraag terechtkomt op haar eigen pagina.

Neem vooral de tijd!
Ga zeker eens kijken op vergetenharlingers.nl. Je vindt er de meest prachtige verhalen. Bijvoorbeeld het verslag van een groep vissers die op 6 december 1844 vast komt te zitten in het ijs en met gevaar voor eigen leven anderen probeerde te redden.

Kaart Jacob Lous

Of de boedelinventaris van Jacob Lous, steenhouwer, bouwmeester en kaarttekenaar. Hij maakte in 1614 de unieke pronkplattegrond van Harlingen die nu nog te bewonderen is in het Hannemahuis. Je vindt er een foto van de Vrijwillige Landstorm 1914-1918 met Simon Vestdijk, zijn vader en Leendert en Anthony Engelbert Hannema. Leendert schonk in 1957 zijn woonhuis als gemeentemuseum aan de stad en Anthony was tussen 1938-1943 en 1945-1952 burgemeester van Harlingen. Grote historische Harlingers allemaal op een foto.

Of het verhaal van timmerman Atze Sijtsma (1895-1988). Toen zijn dochter viool wilde leren spelen, maakte hij die zelf voor haar. In zijn schuurtje in de Jacob Backerstraat vervaardigde hij honderden strijkinstrumenten die over de hele wereld werden verkocht.

Atze Sijtsma vioolbouwer

Je leest er de kledingvoorschriften van de weeskinderen en dat in de 16e eeuw een deel van de geïnde boetes naar de armen gaat.

En… je snapt het al: levensgevaarlijk deze site.
Ik ben in ieder geval al helemaal verslaafd.